Seven Cycling
Cycling Content

Reisverhaal: Leogang


Het is 6:15 op zaterdagochtend als we Emiel, vergezeld door een riante bus met fietsentrailer, breed lachend aantreffen op de oprijlaan van Hotel Rupertus in Leogang. Ondanks het vroege tijdstip wordt die brede lach beantwoord door ons vierkoppige gezelschap; er staat namelijk een prachtige selectie aan natuurlijke trails op het programma en de dag ervoor heeft ons een inkijkje gegeven in wat de regio ons te bieden heeft. Het hotel heeft een lekker ontbijt voor ons klaargezet, dat we soldaat maken in de bus naar Saalfelden. Daar aangekomen begint onze klim naar zo’n 1800m, om vanaf daar de natuurlijke trails in het gebied tussen Saalfelden en Maria-Alm te rijden. Het verschil met dag 1 kon bijna niet groter zijn…

2 dagen daarvoor zijn we aangekomen in Leogang, dat natuurlijk vooral bekend is als wintersport-oord. Het is echter ook voor mountainbikers al sinds jaar en dag een top-bestemming. Het “Epic Bikepark Leogang” viert dit jaar haar twintigste verjaardag en heeft, dankzij haar naam en de Downhill-Worldcups die ze organiseert, een verwachting waar te maken hoog te houden op mountainbike gebied. Die belofte komt de regio zo goed na dat de aantallen tijdens de zomer inmiddels in de buurt komen van die van de winter. Dit beseffen de eigenaren van ons hotel zich ook, en het heeft ze doen besluiten om zich nog meer te focussen op de “gravity”-georiënteerde mountainbiker. Hoewel je het hotel kan bestempelen als “klassiek Oostenrijks” (inclusief personeel in klederdracht), heeft het ook zeer moderne elementen. Alle maaltijden zijn volledig biologisch en de kamers en gezamenlijke ruimtes zijn modern ingericht. Het hotel is al generaties lang van deze familie, en zowel de eigenares als haar moeder regelen alles geweldig. Wegens de nieuwe focus op mountainbikers heeft het hotel geïnvesteerd in een nieuwe huurvloot van SCOR-Mountainbikes (het gravity georiënteerde submerk van BMC) en een uitgebreid pakket aan trainingen en gids-mogelijkheden. Om die reden hebben ze ook Emiel ingehuurd, onze Nederlandse gids die al jaren in Oostenrijk woont, en nu hard bezig is om voor het hotel het perfecte mountainbike-aanbod samen te stellen.
Na de eerste kennismaking met Emiel op dag 1 en het afstellen van de fietsen, pakken we in het bikepark de lift omhoog naar de top van de “Steinberg-line”. Deze blauwe trail is een typische bike-park trail, die zowel lekkere flowy stukken bevat, maar ook de nodige jumps en technische passages kent. Hoewel we verschillende fietsen bij ons hadden (van 130mm trailbikes tot 160mm enduro’s) was deze trail voor iedereen de perfecte opwarmer. Bovendien gaf de afdaling de gelegenheid om onderling de verschillen in stijl te bepalen, maar ook om Emiel een gevoel te geven  van de groep en het type trail dat we de volgende dag zouden kunnen rijden.
Na de nodige discussies over “de ultieme singletrack”, jumplines en flowtrails, pakken we de lift terug naar boven. Daar aangekomen klimmen we een klein stukje, om vervolgens een “shared trail” net buiten het bikepark te pakken, die ons (na een pittige klim) leidt naar de Schönleitenhütte. De omgeving die we doorkruisen is prachtig, zowel qua omgeving en uitzicht als qua kleur en begroeiing. In de groep vraagt men zich hardop af waarom je nog naar Canada zou gaan als je deze ervaring kunt hebben op 1000km van huis. Het is dan ook niet voor niets dat de plek in ons geheugen gegrift blijft en dat de fotograaf hier hoe dan ook naartoe terug wil.
Vlakbij de Schönleitenhütte pakken we de Wurzeltrail, een vlakke trail die traverseert naar Saalbach en zijn naam eer aan doet. Hoewel de trail behoorlijk technisch is en zeker het Alpengevoel bij iedereen naar boven brengt, zijn we het erover eens dat iets meer hoogteverschil (en dus snelheid) welkom was geweest. Hoe dichter we het gebied van Saalbach naderen, hoe meer flow er in de trail komt, en hoe meer we zin krijgen in het snellere werk. Deze behoefte wordt vrijwel meteen vervuld, want voor ons ligt de Panoramatrail, die niet alleen prachtig uitzicht biedt over de gletschers rondom de Kitzsteinhorn, maar ook één van de beste flows van het bikepark kent. De ondergrond is losjes maar biedt eindeloze grip, en de kombochten en jumps volgen elkaar in hoog tempo op. Halverwege de trail bevindt zich bovendien “de Panorama-Alm”, een typisch Oostenrijks bergrestaurant dat je, ook midden in de zomer, het wintersport gevoel brengt. Hoewel het uitzicht en de Schnitzels onovertroffen zijn, is het aan te raden eerst de volledige panorama-trail te rijden, en je daarna pas te laven aan het lekkers van dit restaurant. Niet alleen om te voorkomen dat je met een afterdinner-dip op de fiets zit, maar ook omdat je deze supertrail dan twee keer kunt rijden!
Na het uitstapje in Saalbach maken we ons op voor de terugweg. Een korte tussenstop voor een actieshot eindigt in een fotoshoot waar David Attenborough trots op zou zijn: de marmotten hier zijn zo tam dat ze hun hol onder de trail hebben gemaakt en dat moet natuurlijk worden vastgelegd. Als ook de lokale fauna is vastgelegd besluiten we niet verder naar beneden te rijden, maar pakken we een brede grindweg terug omhoog, die ons terugbrengt bij de eerder gepasseerde Schönleitenhütte. Het gebied dat we eerder hebben doorkruist op de heenweg, ligt er in de namiddag-zon prachtig bij. We pakken het steile pad naar beneden en voor het eerst zijn we het er allen over eens dat dit de essentie is van mountainbiken: de trail is snel, maar heeft door de losse stenen en rotsen veel technische uitdaging. De uitzichten die je hebt als je durft op te kijken zijn overtroffen en het is dan ook geen wonder dat de fotograaf hier volledig aan zijn trekken komt. Na enige tijd te hebben genoten van het prachtige herfstdecor en de roze kleurende kalkrotsen aan de andere kant van het dal, verdwijnt de avondzon snel. We klimmen het laatste stuk terug naar het Bikepark en besluiten ons voor de laatste afdaling op te splitsen.
De dames kiezen de Steinberg-line die we aan het begin van de dag reden, en Emiel heeft voor de fotograaf en ondergetekende de “Hangman-trail” in petto. Deze trail combineert het beste van technische wortel-trails met de klassieke bikepark-trail. We blazen naar beneden en de flow is zo goed dat ondanks de inzettende duisternis het tempo hoog kan blijven. Een geweldige ervaring, zeker in combinatie met de sprongen die zo goed lopen dat je je pas beseft dat je vloog als je weer neerkomt. Kortom; een geweldige afsluiting van een 10-urige dag op de fiets.
Aangekomen in het hotel leert een subtiele hint van de ober ons dat even douchen toch de voorkeur heeft boven op tijd komen. Weer enigszins fris schuiven we aan, en genieten we van het heerlijke diner en de gedachte aan de dag van morgen. Al vrij snel zit iedereen, geholpen door de lokale kruidenbitter, Veneziano’s en Weizens, gapend aan tafel en besluiten we ons nest in te gaan om de volgende ochtend vroeg aan de start te kunnen verschijnen.
Op dag twee vertrekken we vroeg met de auto richting Saalfelden, het grotere dorp in de regio. We parkeren de auto aan de rand van het dorp en starten met een relatief lange klim omhoog over “logging-roads” tot aan het hoogste punt op zo’n 1300m, waarbij we in zo’n 5 kilometer ongeveer 500 hoogtemeters maken. Tijdens de klim is het uitzicht prachtig en boven aangekomen ontvouwt zich een panorama van de hele vallei. Iedereen is inmiddels lekker warm gereden, dus de vering kan aan en het zadel omlaag voor de eerste afdaling van de dag. Wat volgt is een prachtige natuurlijke trail die zeer gevarieerd is, en alle ingrediënten bevat die je zoekt als mountainbiker: technische, smalle passages worden afgewisseld met snelle stukken, maar voor alles geldt dat de nodige stuurmanskunst vereist is. Het tweede stuk van de afdaling zet deze trend voort, maar is moeilijker te vinden en daardoor nog specialer. Dit is wat je vindt als je “Natuurlijke singletrack” opzoekt in het woordenboek: rotsen en wortels worden afgewisseld met smalle trailtjes door het gras, waarbij de bomen zo ver van elkaar af staan dat er voldoende ruimte en licht is maar je je tegelijkertijd omsloten voelt door bos.
Tegen 11 uur rijden we Maria-Alm in; een klassiek Oostenrijks Alpendorp. De behoefte aan koffie en Apfelstrudel is groot en na even zoeken landen we op een zonnig terras in het centrum van het dorp. Deze pauze zullen we nodig hebben, want in het tweede deel van de rit wacht wederom een lange klim die ons terug naar boven voert.
Vanaf hetzelfde punt als eerder die dag pakken we deze keer een trail richting Saalfelden, waar de auto staat. Deze kant van de berg is duidelijk vochtiger en daardoor anders begroeid. Ook de trails hebben een ander karakter; ze zijn iets breder waardoor er meer lijnkeuze is, en doordat ze iets vlakker lijken te zijn ligt de snelheid hoger. Beneden gekomen slaat bij iedereen de honger toe en besluiten we richting Leogang te gaan voor een late pizza-lunch en een toetje van trails. We sprinten richting de laatste lift en pakken boven op aanraden van Emiel de “Flying Gangster” trail. Het contrast met de natuurlijke trails van de ochtend-sessie kan niet groter. Grote kombochten en wallrides worden afgewisseld met flinke jumps. Gelukkig zijn we de laatsten op de trail en kunnen we sommige delen (op aandringen van de fotograaf) meerdere malen rijden zodat de bikepark-flow terugkeert.
Na de eindeloze gesprekken over “de vetste trails”, “de ideale flow” en “is een bikepark toffer dan natuurlijke trails” blijkt Emiel aan het eind van de dag het verlossende antwoord te hebben. Hij neemt ons mee naar de “Schwarze Leo”, een natuurlijk aanvoelende singletrack in het bikepark die het beste van alles combineert. Deze trail vormt een  perfecte mix van snelheid, wortels, stenen en sprongetjes en zorgt voor een enorme grijns op onze vermoeide gezichten. Hoewel we er gedurende de dagen al achter waren gekomen dat we ondanks de discussie wel degelijk overlap hadden in onze trail-voorkeur, vonden we in deze afdaling een gezamenlijk antwoord op de vraag wat “de ultieme trail” behelst. Aangezien de Schwarze Leo niet de enige trail met dit karakter is in Leogang, heeft Emiel ons met deze laatste afdaling opgezadeld met een ander dilemma: “Wanneer kunnen we terug naar Leogang”?!